De als Duitser geboren Nobelprijswinnaar Albert Schweitzer bracht zijn leven voor een groot gedeelte door in het Afrikaanse Gabon. Hij heeft dus op enig moment Frans moeten leren. Maar laat ik eerst iets vertellen over wat er gebeurde in zijn leven voor zijn reis naar dit prachtige land, vol afwisselende natuur met bergen, watervallen, jungle, mangroves en savannes.
Jeugd van Albert Schweitzer
Als kind was hij zwak en ziekjes. Hij kwam uit een domineesgezin en hij werd ook dominee. Niet sterk op school, wel heel goed in muziek. Hij is met name bekend als liefhebber van en de studies die hij maakte van de muziek van Johan Sebastiaan Bach. En toen wilde hij naar Afrika. Als dominee. Maar men vond hem niet streng genoeg. “Als ie nou arts was.” Geen probleem, dacht hij. Dan word ik toch arts. Zo gezegd, zo gedaan. In 1913 vertrok hij naar Lambaréné. Lambaréné is een stad ten zuiden van de hoofdstad Libreville. Het ligt op een eiland midden in de rivier de Ogooue. Meneer Schweitzer bouwde er een hutje met hulp van de daar aanwezige missionarissen. Hij werkte er lange tijd als enige arts.
Vijand van Gabon
Gabon was ondertussen een Franse kolonie geworden, nadat het door de Portugezen ontdekt was. Het was 1914 en de Eerste Wereldoorlog brak uit. Eigenlijk mocht Albert niets meer doen. Hij was immers een Duitser en dus een vijand van Frankrijk. Maar aangezien er geen artsen waren en de mensen van heinde en ver kwamen, ja soms wel een paar weken aan het reizen waren om het ziekenhuis te bereiken, was zijn kennis en ervaring zeer gewenst. Hij kon doorgaan met zijn werk. Maar in 1917 werd hij toch als krijgsgevangene overgebracht naar Frankrijk. Jammer, want zijn goede werk kon hij niet voortzetten. Ook het ziekenhuis raakte in verval. Bij zijn terugkomst in 1924 moest hij dan ook eerst het ziekenhuis opknappen. Er was niet veel van over.
Werk van Albert Schweitzer
In 1927 wilde hij teruggaan naar Europa, maar net op dat moment brak er een hongersnood uit samen met een dysenterie epidemie. Veel patiënten dus. Ze kwamen allemaal naar het opgeknapte ziekenhuis. Maar dat was nu te klein. Dus bouwde Schweitzer een groter ziekenhuis, waar de mensen niet meer op de grond hoefden te liggen. En hij bouwde nog meer: een ziekenhuis voor lepra-patiënten en hij opende afdelingen voor psychiatrische patienten, voor kraamvrouwen en een eerste hulp. Heel vooruitstrevend voor die tijd. Hij kreeg er veel dankbaarheid en erkenning voor, vooral van de zieken zelf. Albert Schweitzer stierf in 1965. Zijn werk wordt voortgezet door zijn opvolgers.
Ziekenhuis Albert Schweitzer als museum
Een gedeelte van het Albert Schweitzer ziekenhuis in Lambaréné, Gabon, is ingericht als museum. Er zijn hotelkamers, rondleidingen met gidsen en ook zijn huis is te bezoeken.